Een koffieautomaat, een paar tafels en stoelen: de bezoekersruimte van de afdeling neurologie in het UMCG, begin december 2016. “Jullie hoeven niet zo te huilen hoor”, zegt de man die we al vaker hebben gezien omdat hij bij mijn moeder op de zaal ligt. “Ik was een jaar geleden ook nog zo en kijk hoe goed het nu met me gaat.” Hij verwijst naar de hersenbloeding die hij vorig jaar heeft gehad. Ik vind de man juist een beetje typisch dus geruststellend zijn zijn woorden niet. Bovendien hebben we zojuist te horen gekregen dat mijn moeder snel doodgaat.
De man vertelt ook dat hij zo jaloers is op mijn moeder omdat ze steeds zo lekker ligt te slapen terwijl hij geen oog dicht doet in het ziekenhuis. Kort daarna wordt mijn moeder van de zaal naar een kamer alleen overgebracht waar we bij haar kunnen blijven. Als het achter de rug is, verlaten we het ziekenhuis. De kou in, nog nauwelijks beseffend wat er de afgelopen dagen is gebeurd en in onzekerheid over wat ons nog te wachten staat. Eerst maar wat eten. Ik denk aan de man. Die zal wel jaloers zijn dat de vrouw die steeds zo lekker kon slapen nu ook al eerder naar huis mag dan hij. Het is ook niet eerlijk.
0 Comments
Leave a Reply. |
Beluister enkele van mijn blogs ook als audioblog op mijn podcast.
|